Op onze eerste
dag willen we vroeg vertrekken om ons doel te halen. Nadat we de anderen boten
hebben gebriefd en nog even de route hebben doorgenomen, vertrekken we
uiteindelijk om 9 uur uit Heeg. Onze eerste bestemming: Sloten.
Omdat er ZW4 staat, hebben we het grootste deel van de dag de wind tegen. De officiƫle route loopt via Balk, maar hier kan niet gezeild worden, omdat de bomen over het water hangen. Onze boot wil dus na Sloten weer naar het Heegermeer, om het hele stuk richting Stavoren (zolang het tenminste gaat met de drukte) op te kruisen. Daarom gaan wij aan de zuidkant langs het eilandje bij Heeg en checken de golfslag. We zien het wel zitten. Vol vertrouwen steken we de weg naar Woudsend in, vol luwtes natuurlijk. Bij Woudsend onze eerste test: de brug. Dat gaat zonder problemen, met een beetje hulp van het motortje.
Omdat er ZW4 staat, hebben we het grootste deel van de dag de wind tegen. De officiƫle route loopt via Balk, maar hier kan niet gezeild worden, omdat de bomen over het water hangen. Onze boot wil dus na Sloten weer naar het Heegermeer, om het hele stuk richting Stavoren (zolang het tenminste gaat met de drukte) op te kruisen. Daarom gaan wij aan de zuidkant langs het eilandje bij Heeg en checken de golfslag. We zien het wel zitten. Vol vertrouwen steken we de weg naar Woudsend in, vol luwtes natuurlijk. Bij Woudsend onze eerste test: de brug. Dat gaat zonder problemen, met een beetje hulp van het motortje.
We komen zonder
veel problemen en met een beetje opkruisen in Sloten. Hier rennen we naar de
plaatselijke supermarkt, die op Hemelvaartsdag open blijkt te zijn. Met trots
laten wij onze zelfgemaakte stempelkaart stempelen door de winkelier. De eerste
stad is bereikt! Gauw even op de foto bij het bruggetje van Sloten en weer
verder.
Sloten |
Rond 10.30 uur vertrekken wij weer richting Heegermeer, terwijl een van de andere boten de Balk-route prefereert. De luwte van de Woudsender rakken tuffen we even op de motor door.
We steken zo hoog
mogelijk het Heegermeer op en kruisen vrolijk op richting de Fluessen. De wind
trekt steeds meer aan, en als we niet zulke ervaren zeilers waren, zou een rif
wel een optie zijn. Gelukkig houden de stoere mannen het goed vol en dient de
rest van de bemanning als gewicht om de boot recht te houden. Toch moeten we
wel steeds meer lozen.
Na een flink stuk opkruisen met vol tuig worden we toch wat huiverig als we op de Fluessen vlak voor onze neus een Valk zien omslaan. Gelukkig blijft het voor ons goed gaan, al kost het sleuren aan de grootschoot wel veel kracht, omdat er geen ratelblok inzit. Er is wel een klem, maar die durven we niet te gebruiken vanwege de vlagen. Bij Galamadammen eindigen de poeltjes en wordt het vaarwater smaller. We stoppen hier even bij een camping voor een plaspauze en een eetpauze, het is alweer half twee en niemand heeft nog geluncht.
Vanwege de drukte besluiten we om verder te motoren naar Stavoren. Dit blijkt makkelijker gezegd dan gedaan: met ZW4-5 lukt het ons 3PK-motortje het maar net om tegen de wind in te komen. We besluiten onze mast ook maar even te strijken om de luchtweerstand te verkleinen.
Om 15 uur bereiken wij Stavoren. Ons motortje is aan het eind van zijn benzine gekomen: precies in de luwte sputtert het arme beestje voor het laatst. Maar een gelukje: we liggen naast een tankstation, hoera! Het motortje zuipt niet zoveel, maar het interne tankje is zo klein dat regelmatig bijtanken het devies is.
Willem springt op
de kant en laat zich fotograferen naast een watersportwinkel in Stavoren, als
bewijs dat we erg geweest zijn. Bovendien heeft de winkelier een mooie stempel voor onze stempelkaart.
We tanken wat extra benzine en gaan weer op weg.
Stavoren |
Stavoren |
Bij het station van Stavoren gaan we rechtsaf om een slinger te maken. Dit is een stukje om te motoren, want er is een laag bruggetje en er zijn veel overhangende takken. We schrapen een paar keer over de bodem en vragen ons af of we het wel gaan redden (gluck!). Oebe van de Bikkeltochten had hier al voor gewaarschuwd. Goed het midden houden dus.
Het smalle slootje na het station van Stavoren |
Hierna gaan we de
bocht om, en we zien inderdaad de overhangende telefoonkabel. Daarna zetten we
de mast en hijsen het zeil. We hebben dubbel rif gelegd, omdat we in de
smalle sloot moeilijk kunnen manoeuvreren. We komen soms wat sloepjes tegen, die we maar
nauwelijks kunnen passeren.
Hierna gaan we
door wat luwtes langs een camping, weer bruggetjes en we passeren Molkwerum. Dan krijgen we weer open veld en kan het zeil weer omhoog. Wat een
cadeautje! Met uitzicht op bollenvelden (huh? We waren toch niet in
Noord-Holland?) varen we op Hindeloopen af.
Hier zouden we volgens de route
voor de sluis rechtsaf moeten kunnen, maar de kaart geeft dat niet aan. We
tuffen langzaam op de sluis af en net als we denken dat het echt doodloopt,
zien we een smal slootje naar rechts. Gelukkig! Ons bootje had ook niet veel
breder moeten zijn, want het bruggetje na de bocht heeft wel erg smalle
openingen.
Het is inmiddels 17.15 uur. MariĆ«tte springt uit de boot om een stempel te halen bij een winkel, terwijl de mannen even kijken naar het IJsselmeer. Een stempel wordt het deze keer niet, maar wel een handtekening van het meisje uit de watersportwinkel. Het IJsselmeer laten we toch links liggen, we besluiten de binnendoorroute te nemen, nadat we door een bewoner van Hindeloopen zijn gerustgesteld. “Mwa, dat kan prima hoor”, zegt hij en we gaan op weg. Inderdaad laat het slootje geen enkele ondiepte voelen, alleen raken we even de drempel aan het begin, maar verder loopt het als een zonnetje.
De bollenvelden bij Hindeloopen |
Hindeloopen: rechtsaf voor de sluis, het kan! |
Het is inmiddels 17.15 uur. MariĆ«tte springt uit de boot om een stempel te halen bij een winkel, terwijl de mannen even kijken naar het IJsselmeer. Een stempel wordt het deze keer niet, maar wel een handtekening van het meisje uit de watersportwinkel. Het IJsselmeer laten we toch links liggen, we besluiten de binnendoorroute te nemen, nadat we door een bewoner van Hindeloopen zijn gerustgesteld. “Mwa, dat kan prima hoor”, zegt hij en we gaan op weg. Inderdaad laat het slootje geen enkele ondiepte voelen, alleen raken we even de drempel aan het begin, maar verder loopt het als een zonnetje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten